Veronica De Rycke

Gebruikersnaam Veronica De Rycke

Teksten

Onbepaald

Ik had zonet een van die momenten waarop je achteraf met een moeilijk te bepalen gevoel achterblijft. Mijn sportzak is een juten boodschappentas en die draag ik zo elegant om mijn arm dat het lijkt alsof ik een dure designertas heb.   Zo met mijn open handpalm naar boven gericht en mijn telefoon in de andere hand kwam ik van de fitness de nu al donkere en verlaten straat op. Met mijn grote zwarte hoed van de rommelmarkt op leek het al helemaal alsof ik recht uit de Vogue kwam aanwandelen.   'Verzeihung, Verzeihung!" riep iemand. Het duurde even voor ik mijn verzonken blik verward afwendde van mijn telefoonscherm en besefte dat het tegen mij was. “Ja?” antwoordde ik aan de Duitse krullenbol van een jaar of zestien en vertraagde mijn stap met behoedzame twijfel.   Stamelend en stotterend en na een vijftal “uuh uhh”’s kwam er een vraag uit die hij overduidelijk zonet ter plekke bedacht had: “Wissen Sie was darauf steht?”. Hij wees naar een rij bellen met naamplaatjes aan een deur.   Ik volgde zijn wijzende vinger met mijn blik en keek dan terug naar hem. Plots voelde ik hoe onbeschermd mijn rug was. In een fractie van een seconde besloot ik om niet te gaan kijken naar de naamplaatjes, nog snel een verlegen “Ich kann kein Deutsch” eruit te gooien en mijn hoofd snel weg te draaien. Ik hoorde hem nog “uhh uhh uhh ok, uhh ok” zeggen.   Terwijl ik met dat onbepaald gevoel de jongen verliet zonder om te kijken, wist ik niet goed of mijn hart brak omdat het de stad was die me vervreemdde van mijn onbekende medemens of dat ik me opgelucht moest voelen omdat ik net ontsnapt was aan een op mij gepleegde overval.

Veronica De Rycke
0 0

Hoed

Ik heb sinds afgelopen weekend een hoed. Een grote zwarte. Als ik opkijk van onder de afgesleten vilten rand in de metro, vang ik nieuwsgierige ogen. Ik had niet gedacht dat een hoed zoveel vragen kon oproepen, zowel bij mezelf als bij omstaanders. Het blijkt toch een vreemd object te zijn voor deze tegenwoordige tijd.   Ik begon me zelf vreemd te voelen en om me niet nog meer te vervreemden van de beschaving, nam ik mijn hoed af. De zon scheen en ik had het warm. Alleen voelde mijn hoofdkruin zich naakt en ik voelde me in mijn geheeld onbeschermd. Na nauwelijks een dag samen flaneren, besefte ik dat mijn nieuwe metgezel niet louter een esthetische functie had. Daar heb ik toch geen boodschap aan. Ik hou niet van pure esthetiek.   Een zonnebril is populair. Iedereen wil elke zomer een nieuwe. Om gezellig mee te pronken bij een roseetje op terras en om ondertussen ongemerkt je ogen tussen de benen of in de decolleté van je gesprekspartner te laten glijden zonder betrapt te worden en natuurlijk ook om je ogen te beschermen tegen de zon. Maar vooral toch om even onzichtbaar te zijn.   Ik besloot om mijn hoed terug op te zetten om niet alleen mijn ogen te beschermen voor de zon, maar ook voor de onbeschaamde blikken van toeristen die benieuwd naar je gaapten vanuit hun eigen vakantiebubbel. Je bent immers ook een onvrijwillige bijdrage aan het mooie decor op hun vakantiebestemming. Zoals de struisvogel met haar hoofd in een zandkuil waande ik me onzichtbaar met mijn hoed op. Met een grote opluchting stapte ik verder.   Overal zonnebrillen. Om het hipst. Iedereen een filmster. Ik bedacht me dat er vroeger geen zonnebrillen bestonden. De hoeden waren de zonnebrillen van nu en waren zelfs meer dan dat. Je kon zeer galant je hoed afnemen om iemand te begroeten, je kwetsbare naakte kruin tonen als uiting van respect. Net als de zonnebril nu, was de hoed aanvankelijk een praktisch nut, maar ijdel en kwetsbaar en nieuwsgierig als we zijn, werd de hoed ook een statement, een bescherming van ons ego, een façade.

Veronica De Rycke
12 1

Opleiding

Publicaties

Prijzen