A van AMEDEE

17 apr 2016 · 1 keer gelezen · 0 keer geliket

(uit “verhalen van A tot Z”)

 

Buitenlandse broeders hadden wij bij de congregatie van “De Broeders van Liefde” nooit ontmoet. Wel wisten we dat er een Franse benaming bestond voor de Congregatie: “Lesongregatie: “Les Frères de Charité”.

 

Toen onze kennis van de tweede landstaal noch in haar kinderschoenen stond en later voor de grap, vertaalden wij dit als  “Les frères d’Amour”… liefde, dus.  Dat had hij, deze vreemde grote man, afkomstig uit Zeeuws Vlaanderen, …liefde…voor muziek, kunst, cultuur.

 

God en dat àndere Vlaanderen moeten hem op een of andere manier hebben «geroepen». Zodra ingewijd, kregen de Broeders een nieuwe naam; was het om de sporen van een vroeger mogelijk zondig leven te wissen ? Hij kreeg, of koos de naam Amedee (“de Godminnende”). Nimmer hebben wij de grond van deze keuze kunnen achterhalen, of was er een link naar Wolfie Amadeus Mozart ?   

 

“Cultuurbarbaren, onmondige uitkramers van een onverstaanbaar brabbeltaaltje….” zo noemden hij ons, zestienjarige Vlaamse kerels.  Vroeg men in Nederland de weg aan een amper tienjarige dan kreeg men een antwoord in een onberispelijke, althans verstaanbare taal. Niet zo in Vlaanderen, dus!  Dat is nu wel anders in het inmiddels taal-verloederde Nederland.

 

Wij vonden dat Amedee beter naar de échte missies was vertrokken, maar die lagen allicht te ver van huis en van de grote Kunst die hem zo dierbaar was.  Het lag voor de hand: ook in dit stukje buitenland was er bekeringswerk aan de winkel. Moeizaam maar zeker zou hij er in slagen om de Vlaamse complexen te verjagen.

 

Amedee werd onze klastitularis en leraar Nederlands en Geschiedenis. Tijdens een van zijn lessen stoof hij naar achter in het leslokaal waar hij een voor die tijd revolutionaire platendraaier had geïnstalleerd met een stel fameuze luidsprekers. Oorverdovend luid (in andere leslokalen hield men, zo bleek later, de adem in…) overspoelde ons het vijfde klavierconcert van Ludwig van Beethoven.  Enkele medeleerlingen doken weg onder hun bank, anderen proestten het uit toen Amedee in wapperende zwarte pij uit volle borst met het orkest meezong, daarbij de armen molenwiekend als ware hij de dirigent zelve.

 

Het werkte, althans bij mij. Ik mocht zowaar het vinyl met Van Cliburn als solist uitlenen en draaide ze op mijn studeerkamertje grijs op een draagbare pick-up met ingebouwde luidspreker anno 1964. Binnen hetzelfde jaar nog gaf ik spreekbeurten over beschrijvende klassieke muziek (De Moldau van Smetana : van bergriviertje naar statige stroom) maar ook over negrospirituals: “oh Lord, what a mourning” : Mahalia Jackson die niet zong over de morgen (“morning”) maar over het lijden (“mourning”) van de negerslaven. Wat een stem, wat een revelatie….ook voor Amedee, die glunderend toegaf deze muziekvorm niet te kennen maar wel kon smaken.  Als het vuur van de cultuur maar oplaaide in duister Vlaanderen!

 

De Cultuur deed zijn intrede! Al in het tweede jaar na de komst van Amedee werd in het college een heuse Nederlandse Literatuurweek georganiseerd met lezingen door schrijvers met klinkende namen als Ward Ruyslinck, Ivo Michiels, Hubert Lampo.  Amedee zeulde ons mee naar de Antwerpse Opera waar van op de uil een deel van de klasgenoten de volledige opera “Iphigenia in Tauris” van Christoph Willibald von Gluck uitzaten terwijl de overigen gedurende heel de vertoning enthousiast naar het plafond met vergulde blote engeltjes keken.

 

Is het toeval dat ik decennia later bij bezoeken aan de Brusselse Muntschouwburg, het Brugse Concertgebouw, de Nieuwe Kerk in Den Haag, de Smetanazaal in Praag , The Coliseum in London en bij het luisteren en kijken naar ballet, opera, concert of recital steeds terugdenk aan Amedee, bij wie het allemaal begon?

 

De Amerikaanse Oscars, Franse Césars, Engelse Laurende Oliviers of de Gouden Bertjes en Bronzen Adhemars mogen er voor mijn part zilveren, houten, marmeren, stenen of glazen, grote of kleine Amedees bij krijgen als opsmuk voor inkomhalls, rotondes en pleintjes aan de ondertussen ontelbare Vlaamse culturele centra. Dank u, Broeder-met-de-liefde-voor-de-Kunst, het is u gelukt! Het “arme Vlaanderen” is rijk geworden!

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

17 apr 2016 · 1 keer gelezen · 0 keer geliket