Ander bier (3)

25 feb 2015 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

Dat Arabella op Stella rijmde, ochot so what. Ze was lief, gaf hem wat te doen en dat hield hem elders weg. Haar bril was zwaar en ze had mooie mildgele manen. Geen Shetlandpony, shit neen. Een malse merrie met welgevormde poten, hoge hakken soms. Zij werd enkel door droomprinsen bereden, durfde Somers te vermoeden.

Menselijke oren had ze, waaraan hij wel eens iets vertelde, over zijn duiven, over die eenden en die konijnen, alles door elkaar zoals dat lekker mocht bij haar; dat hij het ooit in Brugge op de Potterierei gezien had : een tamme witte eend samen met wildgekleurde woerd, een exotisch koppeltje, verduveld interessant en bij die beestjes ging dat blijkbaar wel als vanzelf, maar bij die vogels : "Verdorie, postduiven doen het enkel met postduiven".

En over hoe zacht een konijn wel kan zijn. Het gevoel zat hem nog in de vingers. Alhoewel, dat witte exemplaar met die rode ogen, waarvoor hij als kind eigenhandig een kotje getimmerd had, was eerder onaaibaar, zelfs behoorlijk agressief bij momenten. De kiekendraad gewoon doorgebeten door dat naamloze schepsel. Hij maar wanhopen, rondlopen, zijn padvindersogen wijd open om het (‘het’ was een ‘zij’) terug te vinden. Des avonds dan toch, en waar? Bij die holen van de wilde konijnen, ver weg achter de populieren, voorbij het kapbos, daar bij de braambesstruiken.

 

Enkele weten later –hij had al gemerkt dat zijn konijn zich de zachtste haartjes begon uit te trekken om iets te maken wat op een nest geleek- was het zover : een tiental kleintjes werd geworpen, alle met de kleuren van hun onder de bramen levende vader. De dominantie van de wilde genen, dacht het brein van de jonge Somers.

Maar bij zijn gedomesticeerde duiven lukte dat allemaal niet : geen wilde vogel die hem aan zwarte piepers wilde helpen. Was het maar zo gemakkelijk als bij hortensia’s. Men gooide wat aluin op de wortels en hopla : de bloemen waren blauw. Of zoals bij die forellen : men gaf ze carotenen te eten en het vlees, het vissenvlees, werd zalmroze en die bedriegers konden die beesten gemakkelijk duurder verkopen als ware het in het wild gevangen zalm.

"Dan geeft men best geen aluin aan forellen", lachte Arabella.

Somers genoot van haar lach, die hem prikkelde en ook thuis wel eens door zijn gedachten schoot net voordat zijn linkerhand zich ging vullen met het zaad. Voor de duiven en zonder kleurstoffen.

Ze vertelde nog iets over de betere bereiding, met pittige Rodenbach en pruimen, maar Somers konde zich enkel nog een voorstelling maken van haar ‘lekkere konijn’, het kroezeldier dat erin slaagde circa tachtig centimeter boven de grond te blijven zweven. Het bestaan ervan deed hem dromen, van een godsvruchtig circus en een verzwelgend mirakel.

 

 

 

 

'Ander bier', een kortverhaal in de reeks  'Ignace Somers'

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

25 feb 2015 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket