woelig zijn mijn gedachten
niets dat de onrust doet verzachten
lichaam is moe
geest nog niet aan slapen toe
ogen vallen dicht
echter het bed nog niet in zicht
waarom kan ik niet gaan slapen
en overdag de wereld begapen
in de nacht op de wereld alleen
niets van drukte om me heen
genieten en toch tegelijkertijd haten
moe gestreden en gelaten
kruip ik dan maar in bed neer
tot de volgende nacht weer
opnieuw begint die strijd
ga naar uw bedje 'op tijd'