ik heb het gebed aan de kerk verpandt
die hem uit mijn binnenste wilde stelen
haar inhoud is rein en gaat nooit vervelen
ze troost, ook als wat ze predikt niet landt
het allerliefste heb ik haar berekenbaar
zodat ze onder mijn huid kan kruipen
tergend traag naar de handen kan sluipen
me na laat denken over een klein gebaar
wankel oogt ze en eenvoudig te breken
glipte zelfs bij goddelozen naar binnen
die haar met spot en gevloek bekleden
trots is ze, al lijkt haar termijn verstreken
en kan ze mij niet meer voor haar winnen
in haar leren huid kerft zich het verleden