Ik bracht mijn woorden naar de boekendokter
Hij zette zijn leesbril op en snoof
dat mijn nachten nooit schenen te eindigen
dat ik praatte als een rivier
in meanderende zinnen
die langs de oevers van de taal gleden
Hij ontdekte dat verdriet schuilging
achter het geluk van vroeger
als van een prooidier waar op gejaagd wordt
door vraatzuchtige veelvraten
Hij pelde het vlees van mijn letters
omdat veganisten de wereld overnamen
Hij achterhaalde en ontraadselde de achterliggende betekenis
van mijn schrijven tot op de blootliggende zenuw
Hij zag een gekwelde man in zijn zwerversleven
door hard labeur ontworteld uit de grond
Mijn tong ging er van dansen
op het kabbelende ritme van de poëzie
De dokter kuchte en knikte instemmend
Hij schreef me een langdurige schrijfresidentie voor in Rivierenland
om de stroom en zijn stroming verder te ontleden