een felrode forel
zoetwaterkwal
een aal die al te veel illusies kwijlt
je merkt het
vissen is mijn hobby niet
of botoxkoj
voor wie de x, de j
liefst in één speelbeurt leggen wil
geen sexjargon
toch liever niet, mijn schat
ik spaar daarom die o's
en niet de e, de r en d
voor driewielerverdriet
wat lang misschien
of lieverdje
ze lacht me uit
want koi is met een i
ra ra ra
ben jij een raadseltje
hier in dit klaverveld
de blaadjes liefst per vier
ra ra kijk
daar zit een kraai
en ra, de zonnegod
die schijnt alleen voor ons vandaag
wat stilte in een picknickmand
veel spreken zal ik niet
bespaar je al het raar palaver
heb hier wel, onnozel klein
met waterverf, een vlagje met een lach
geschilderd op een laagje wit
we maken ook geen tocht
over de mergelberg, door merg en been
of langs een lui moeras
ik smeer een stukje brood voor jou
vergeten ben ik thuis de zure jam, het vlootje boterlood
de sprei, hij breit ook geen verhaal
over die vlucht, een blauwe pauw
of zwarte kouw wil ik niet zijn en ijsvogeltjes
verdwalen zelden in de sneeuw
heel even nog, straks naar Ikaria
heel even nog een blik, alvoor hij smelt en uit de lucht
een blanco blokje valt
uit de reeks 'Waanhoop'