Als kind al
was ik een
buitenbeentje,
zo eentje dat
met het hoofd
in de wolken
zweefde,
en nu ik
groot ben,
tot ieders jolijt,
ben ik nog steeds
het noorden
in al m’n dromen
kwijt.
Als kind al
was ik een
buitenbeentje,
zo eentje dat
met het hoofd
in de wolken
zweefde,
en nu ik
groot ben,
tot ieders jolijt,
ben ik nog steeds
het noorden
in al m’n dromen
kwijt.
Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.
Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.