Buitenverblijf

17 jan 2023 · 122 keer gelezen · 6 keer geliket

Voorzichtig maakte ze het gat groter, de regen en smeltende sneeuw van de afgelopen veertien dagen hadden het een beetje doen inzakken. Dan strooide ze er een  handvol verse potgrond in. Haar hart klopte een beetje sneller dan gewoonlijk. Het was haar eerste keer sinds jaren, en haar eerste keer alleen. Het gat bleef er koud en ongastvrij uitzien. Maar het moest nu, nog wachten kon niet. ‘Binnenpakken, maar nooit langer dan veertien dagen!’ Elk jaar opnieuw had haar vader dat verkondigd, met grote stelligheid. En telkens had ze zo genoten van de warme gulheid van het binnenpakken, en zo moeten vechten tegen het kille schuldgevoel bij het terug buitenzetten. 

Ze veegde haar haar uit haar gezicht, voelde de natte modder op haar wang.

Toen keek ze naar de boom naast haar. Hier en daar blonk nog een dun sliertje engelenhaar, daar moest ze om glimlachen. Ze voelde voorzichtig in haar jaszak. Ze had een onbreekbare uitgekozen, maar toch.

Ze deed haar handschoenen weer aan, ze was van kindsbeen allergisch aan naaldenprikken. ‘Heb je handschoenen aan? Anders krijg je weer van die vieze bulten. Tot op je schouder zaten die, gewoon door de top vast te houden, dat heb ik nooit verstaan!’ Ze had het hem nooit uitgelegd. Het binnenhalen en terugplanten was iets van hen beiden, maar dat andere, dat was tussen haar en de bomen.

Ze haalde diep adem en tilde de boom in het gat. Kon een boom onthouden, vergeten, bang zijn? Zou hij de plaats herkennen? ’t Was geen slechte plaats, gewoon het verste hoekje van haar nieuwe voorstadstuin. Beschut en eigenlijk wel gezellig, het had niets van de onherbergzaamheid van het bos uit haar jeugd, dat koppig in haar gedachten schemerde. En toch. Fantasie haalde het altijd van de realiteit, zelfs toen. Ze hadden de boompjes uit de bosrand gehaald, vlakbij een vriendelijk open veld, maar zij had alleen de sprookjesachtige donkerte verderop gezien, en zich nooit kunnen voorstellen dat ze daar gelukkig groeiden.

Ze gooide het gat terug dicht, stampte de aarde goed aan en gaf water. 

Dan nam ze de kerstbal uit haar jaszak en stak hem diep tussen de takken, tot helemaal tegen de stam. 

“Zo ben je niet alleen”, fluisterde ze, en draaide zich snel om.

Soms vroeg ze zich af of iemand ze ooit zou opmerken, die zeven ondertussen volwassen dennen aan de rand van een ver donker bos, met elk een kerstbal in hun hart. 

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

17 jan 2023 · 122 keer gelezen · 6 keer geliket