De dag van gisteren
Het was donker
Zoals het seizoen
Maar dat mag niet
Donker en eenzaam
Weggefilterd in het schelle licht.
Gisteren stopte mijn drievuldigheid
Gisteren werden we drieledigheid
Mie, mezelf en ik
Zonder regen om in te verdrinken
De dag was genoeg en ik stopte
In het donker kan ik ook bestaan.
Het duister nestelde zich in mijn armen
En vulde mijn wezen met warmte
Donker eenzaam en aanwezig
Het bestond, ik bestond
Gisteren al vroeg was de dag genoeg