De gluurders

Lumes
23 dec. 2022 · 26 keer gelezen · 1 keer geliket

Het strand en zee zijn goed gevuld 
Mannen dobberen in ongeduld 
Ik zie de boot met dame ‘Wild’ 
Ze heeft alweer geen tijd verspild 
 
De ene na de andere man, 
Hun gat ontbloot, klaar voor gezang. 
‘Hé gluurders’, roept ze ons luid toe, 
‘Ik ben het gluren meer dan moe’. 
 
Oh let toch op, wat zie ik daar 
Een driehoeksvin, een groot gevaar 
Help, help, een haai en ik ben bloot 
Toe neem me rap mee in de boot 
 
Oh kijk het water kleurt daar rood 
Maar oef hij leeft, hij is niet dood. 
Zijn elfde vinger is hij kwijt 
De man kreunt luid en heeft nu spijt 
 
Ach was ik maar bij vrouw en kind, 
Was ik maar trouw en braaf gezind 
De gluurders vallen van het dak 
Ook zij zijn niet meer op ‘t gemak 
 
De zee loopt leeg, het strand neemt rust 
En alle zinnen zijn geblust 
De golven schuimen dapper door 
Wij blijven trouw, ruist het in koor. 

 

De baden van Oostende - Ensor - nieuwe versie: Athos Burez 

Schrijven in het museum met Creatief Schrijven - september 2022

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

Lumes
23 dec. 2022 · 26 keer gelezen · 1 keer geliket