De Klank van Stilte

Quickfox
28 okt. 2013 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

Tegen de vroege ochtend houdt de regen op.

Het continue geruis dat me in slaap had gewiegd valt plots weg en dat maakt me wakker. Heerlijk stil is het nu, met alleen een zacht getinkel buiten. Geen belletjes, maar het geluid van metalen plaatjes die speels en onregelmatig tegen elkaar aantikken.

Door de rieten rolgordijnen glijden de eerste zonnestralen mijn kamer binnen: tijd om op verkenning te gaan.

Mijn kamer geeft rechtstreeks uit op de kleine binnentuin van het hotelletje aan de rand van Ubud. Onder de stenen toegangsboog door loop ik de Balinese rijstvelden in. Ik snuif de zwoele geur op van wierookstokjes die pas zijn aangestoken in de kleine bloemenofferande op de drempel van het huis. Langs de dijkjes tussen de kampong-percelen stap ik tot aan het apenbosje en vind daar een verweerde stronk om op te zitten. De stilte op die plek is oorverdovend.

Onderweg hiernaartoe drong het langzaam tot me door: hier geen krijsende ‘bechak’voerders die je in hun fietstaxi willen meekrijgen, geen roepende marktkramers, geen vrouwen met hoge schrille stemmen, geen toeterende auto’s en snelle brommertjes die je zo van je sokken rijden. Hier alleen de lucht, de natte aarde en de zon. Mijn zintuigen komen op scherp.

De zon klimt snel hoger nu en zijn plotse warmte doet het hout en de trompetbloemen aan de struiken fel geuren. Voor me, zo ver als ik kijken kan, liggen de groene rijstvelden. Grote en kleine vakken boordevol smaragd, afgeboord door smalle, hogere linten van gras. Af en toe een glinsterend donker vlak, een veldje vol water maar zonder aanplant. Heel ver weg beweegt een punthoedje op en neer: een vrouw stopt jonge plantjes in een ondergelopen veld. Wat dichterbij zie ik twee kinderen water hozen van een perceel naar het hoger gelegen veld. Ik hoor heel zwakjes het klotsend geluid van de leren zak die in het water slaat, net voor ze hem met een mooie grote zwaai omdraaien en aan de andere kant van de dijk uitkieperen.

En verder niets.

Of toch.

Dat zachte getinkel, dat nu van alle kanten uit de velden komt. Ik trek mijn ogen in spleetjes om tegen het licht in te kijken.

Hier en daar op een kruising van dijken staan paaltjes met kunstige windvanen. Daaraan hangen mobieltjes van blikken plaatjes, tinkelend in de ochtendbries. Heerlijke muziek in perfecte harmonie met de meest volmaakte rust...

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

Quickfox
28 okt. 2013 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket