Morgen wordt ze 18 jaar en mag ze weer een brief openen. Een stem uit het verleden die haar toespreekt, maar waar ze de klankkleur en intonatie al lang van is vergeten. De pijn is er nog. Niet meer zo scherp al voorheen, maar dof en drukkend. Een zwaarte op de achtergrond, die haar op onverwachte momenten nog kan overvallen als een cycloon die haar omverblaast en ontredderd en alleen achterlaat. Hoe kan iets tegelijk zo zwaar en leeg zijn?
Er is een stuk dat weg is en nooit meer terugkomt. Het was haar basis, haar ijkpunt, haar evenwicht. Het gaf haar kracht en vertrouwen om de wereld aan te gaan. Zonder voelt ze zich verloren.
Ze neemt de schoendoos met brieven en opent het deksel. Bovenop de stapel ligt de laatste brief. Deze keer een mooie crèmekleurige enveloppe van stevig papier. Ze ruikt eraan en probeert tevergeefs de geuren terug te vinden die bij de schrijver horen. Ze ruikt niets, enkel de geur van papier en oud karton.
Boos gooit ze de doos door de kamer. De brief blijft achter in haar hand. Zou ze hem al openen? Niemand die haar tegen kan houden en binnen een paar uur is ze toch officieel volwassen. Dan mag ze doen en laten wat ze wil. Ze wil haar eigen weg gaan en haar eigen beslissingen nemen. Slordig scheurt ze de enveloppe open, haalt de brief eruit en strijkt de kreukels plat.
Liefste Theresa,
Wanneer je dit leest, ben ik er al een tijdje niet meer. Deze brief hoort bij het beginpunt van een nieuwe periode en bij het afscheid nemen van je tienertijd.
Op het moment dat ik dit schrijf, speelt de film van je leven zich voor mijn ogen af. Ik zie je als baby’tje in mijn armen liggen en kan je mondje nog rond mijn tepel voelen. Je hapte altijd wild in het rond tot je me beet had en dronk dan gulzig, met grote teugen alsof je leven ervan afhing.
Je vloog mijn leven binnen als een wervelwind. Je wilde alles meemaken, altijd de oren gespitst om niets te missen, je voelsprieten alert op al wat gebeurde. De kleinste verandering had je gezien en wanneer ik mijn haar had geknipt werd je boos omdat ik niet meer dezelfde was.
Je vroeg me de oren van mijn hoofd. Elke vraag moest ook een antwoord krijgen. Op driejarige leeftijd vroeg je al wanneer tante Paula nu zou sterven. Want als je oud bent, ga je dood. Dat had je al snel door. Had ik je toen moeten verwittigen dat niet enkel oude mensen sterven?
Ontelbare knuffels heb ik gekregen en heb je ook genomen. Je had het nodig om regelmatig ‘bij te tanken’, zo noemden we dat. Ook als ik er geen zin in had, omdat ik boos op je was. Op dat moment had je die omhelzing nog meer nodig dan anders, om er zeker van te zijn dat het nog ‘ok ‘ was tussen ons.
Ik was je veilige haven, je vertrouwenspersoon, je wereld om naar terug te keren.
Op een dag gebeurde het ondenkbare. Het werd al snel duidelijk dat ik er niet meer lang voor je zou kunnen zijn. Mijn wereld stortte in, maar ik moest recht blijven staan. Hoe kon ik je nog alles meegeven wat je nodig had, voordat het te laat was?
Theresa, je bent nu geen kind meer. Een brief als deze hoort een allerlaatste wijze raad te brengen, maar er schiet me niet zoveel te binnen, enkel dit: ‘Ga je eigen weg. Drink het leven met volle teugen, gulzig en zonder twijfel. Neem je eigen beslissingen, ga ervoor en kijk niet om.’
Een traan rolt langs haar wangen en valt als een parel op het papier. Het duurt even voor het papier hem heeft opgezogen. Een kleine donkere vlek blijft achter. Net zoals in haar hart ook een donkere vlek achterblijft. Ze overdenkt wat haar moeder nog meer heeft nagelaten. Het zijn niet enkel de woorden die belangrijk zijn. Het is ook een geborgenheid die ze nog steeds meedraagt, na al die ontelbare omhelzingen. Met haar ogen dicht voelt ze de stevige armen rond zich heen die haar verwarmen en bij elkaar houden. Een glimlach verschijnt op haar gezicht. Terugdenken aan wat was, maakt niet enkel verdrietig. Het prikkelt haar fantasie, het doet haar dromen en geeft haar ook de kracht om door te gaan.
“Bedankt mama, maak je geen zorgen. Ik kan het leven weer een beetje beter aan.”