Eenzaam en verlaten
dolend door de straten
niemand om me heen
helemaal alleen
liep ik door de stad
het enige dat ik had
mijn eigen ziel, mijn eigen hart
vechtend tegen de wereld, o zo hard
kermend van de pijn
niet zo fijn
een tranendal
in vrije val.
Vervelen doen ze zelden
verhalen van vele helden
thuisblijvers die zagen en klagen
of je nu reist met het vliegtuig, de trein of de wagen
jij vertrekt, familie en vrienden blijven hier
maar reizen is àltijd avontuur, een plezier
het is beleven
léven.
Aan het eind van dit gedicht
ben ik al lang uit het zicht
je moet me niet de hemel in prijzen
want wat er ook gebeurt, ik zal àltijd blijven reizen
Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.
Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.