Ik was net mijn vaders limousine ingestapt, het gedreun van het feest maakte plaats voor het gedreun in mijn hoofd. Miguel bestuurde de limo met de zachtheid van een tedere minnaar. Ik wilde hem daar best voor bedanken maar ik was te bezorgd dat ik zijn minnares onder zou kotsen. Ik had vanavond geen date gestrikt; uit onwilligheid, niet uit onkunde natuurlijk. Er deden genoeg kansen zich voor. Wel, ik denk dat ik meer gezien werd als de kans. Misschien hield ik me daarom in. Of misschien ging ik daarom net over de streep. De remedie lijkt zo hard op de ziekte dat ik het verschil niet altijd meer zie.
Ik mediteerde op alles binnenhouden. Uiteindelijk werden de kotsweeën echter zo verschrikkelijk dat ik Miguel deed stoppen en decoreerde ik een kant van de weg met mijn uitwerpselen. Een maand geleden zou hij nog komen kijken. Dit was echter Miguels nieuwe normaal geworden. Ik veegde mijn mond met het puntje van mijn shirt. Zo, daar stond ik dan, rillend van de koude als een lekgeprikte ballon. In de verte blafte een hond, dat bracht me uit mijn dronken mijmeringen. Ik haalde mijn mobiel uit, alleen zat zijn was saai en verdrietig. Een mail dat door de mazen van de spamfilter geraakt was.
Beste Prins,
Ik hoop dat ik je e-mailadres goed heb onthouden. Ik blijf maar denken aan die ontmoeting in het bos. De smalle straten langs de velden die we in je oude jaguar trotseerden. Het had nooit mogen zijn, en toch. Die kus… ik wil meer, Prins. Ik moet weten wie je bent. Vreemd dat je mij je telefoonnummer niet gaf, of je naam. Ik probeer een goede reden te vinden, maar het enige dat ik bedenken kan is dat het voor jou niets betekende. Misschien doe je dat wel vaker met meisjes. Gewoon iets en dan niets meer. Er is lawaai op de flat boven me. Ik hoor mensen ruzie maken, een man roept luid keer op keer ‘waarom’. Ik haat het hier. Ik heb je toch gezegd waar ik woon? Hier moet je je gevoel uitschakelen en nergens iets van aantrekken. Dat wil ik niet. We kunnen elkaar terug in het bos ontmoeten, denk erover na. Alsjeblieft.
Je prinses
Wat een lang bericht, dacht ik bij mezelf maar verder dacht ik niets. De wijn beukte nog steeds aardig in op mijn hersenen. Ik had slaap nodig, geen ongemakkelijke conversaties waarin ik uitlegde dat ik niet was wie ze dacht. Ook had ik een paracetamol nodig. Grappig, bedacht ik net, hoe de zieken in de reclame nooit uitzien zoals de echte. Ik deed mijn mobiel uit en sloot mijn ogen. Bij elke bocht voelde ik me als een astronaut in de ruimte. Het gedempte licht van de straatlampen braken door mijn oogleden heen als rode vlekken van licht. Licht was een rode vlek.
Katers waren een beetje mijn huisdier geworden, grapte ik wel eens. Koffie, water en douches waren mijn rituelen. Ik droogde net mijn haren toen mijn mobiel trilde. Een email, natuurlijk onze prinses. Die herinnering voelde aan als een moeilijke gitaarakkoord dat je al heel lang niet meer gebruikt hebt. Ik herlas het bericht van gisteren, toen die van vandaag.
Beste Prins,
Ik wacht nog steeds koppig op een antwoord. Ik accepteer niet dat je me in de kou laat staan. Ik moet iets van je horen. Ik heb je nodig. Ja, ik weet hoe dat klinkt - The needy girlfriend -. Misschien heb je bang dat ik je algauw zal stalken. Misschien ben je bang dat ik zal neuzen in je verleden. Licht zal schijnen op de donkerste bladzijdes van je dagboek. Maar probeer het te zien van mijn kant: ik ben altijd alleen. Ik heb niets anders te doen dan te dromen. Sommigen zijn bang van dromen, maar die mensen doen het verkeerd. Ze dromen niet ver genoeg weg.
Gisteren zag ik een schilderij. -Op het internet natuurlijk, maar toch- Ik herkende mezelf er zo enorm in. Ik ben er niet goed van. Ik wil je nog duizend dingen zeggen, maar vooral; vergeet me niet. Ik wil niet praten tegen een spiegel, ik wil praten tegen jou. Ik wil niet luisteren naar een album, ik wil luisteren naar jou. Een droom dat terugpraat. Ik kan je alles geven.
Vergeet me niet,
Je prinses
P.S. de schilderij is getiteld Morning Sun van Edward Hopper.
Ik had er genoeg van. Mijn vingers roffelden over het scherm. Ik moest pijn doen. Als je vuur probeert aan te raken, doet dat ook pijn. Geef je de schuld aan de vlammen als je je verbrand?
Ik dacht aan de roze vibrator dat op me wachtte in de onderste la. Maar eerst nog even dit.
Beste prinses of wie dan ook. Je “Prins” loog tegen je. Dit adres is niet eens van hem. Je wil dromen? Wel droom dan lekker verder, je gaat nooit ergens komen op die manier. Dit kan misschien hard klinken, maar het is zo. Mannen zijn dom en kort van zicht. Je moet wakker worden. Er zijn geen prinsen en prinsessen. We hebben verdomme ministers en een regering, dat is ongeveer even romantisch als de wc aan het station gebruiken.
Naïeve trut, wake the fuck up en doe verdomme iets met je leven.
Ik schaam me voor je,
Melissa