In de prehistorie maakte de mens al rotstekeningen en grotschilderingen voordat het schrift was uitgevonden.
Men hoeft echter niet zover te zoeken of terug te gaan in de tijd voor het ontdekken van interessante wandtekeningen.
Na het overlijden van moeder zaliger werd met spijt in het hart het ouderlijk huis verkocht. Daarin sprak één ruimte tot ieders verbeelding.
Achter een mysterieuze deur in de kamer van onze oudste broer lag een trap. Die was net zo lang en hoog als de trap die liep van het gelijkvloers naar de slaapkamers op de eerste verdieping.
De geheimzinnige trap leidde naar een grote ruimte onder het dak. In die ruimte was een zolderkamer. Voor de kamer was er nog een stuk beton maar verder lagen links en rechts enkel balken met daartussen het plaaster van de plafonds van de kamers eronder.
Waagde men zich daar op, zou men dwars door het plafond zakken. Langs een dakraampje viel bij daglicht een straaltje licht binnen maar verder was het er pikdonker en best akelig.
Zo stond er een zwart kistje dat ooit had toebehoord aan vaders broertje dat op vijfjarige leeftijd was overleden. Er zouden nog spullen van hem in zitten maar niemand durfde er ooit in te kijken. Luguber!
Er stond ook een kast met oude kranten, tijdschriften, documenten en boeken. Wij werden niet verondersteld er in te kijken maar alle kinderen hebben er op tijd en stond stiekem in gesnuisterd.
Van de ouders zelf kregen wij weinig voorlichting. Mogelijk hoopten zij al even stiekem dat wij ooit de boekjes wel zouden ontdekken waarin ze zelf in hun jeugdjaren de inspiratie gevonden hadden.
Aan het eind van de trap was een deur die toegang gaf tot een ruime zolderkamer. Er was een groot raam waardoor men ver over de daken kon kijken. De zee van licht maakte het een best aangename kamer waardoor ze door de kinderen achtereenvolgens gebruikt werd om er in alle rust te gaan studeren of er kattenkwaad uit te halen.
Er stond een grote ingemaakte kast en de muren waren niet geverfd of behangen. Dit leidde ertoe dat op het witte pleister één van de broers schilderwerken van kentekens uit de jeugdbeweging had aangebracht. Fel groen, rood en blauw.
Tot ergernis van moeder was vader een verwoed verzamelaar van allerlei spullen die geleidelijk hun weg naar deze zolderkamer vonden.
Na zijn overlijden was één van haar eerste bekommernissen (of was het haar guilty pleasure?) om de kamer leeg te maken. De spullen werden door het grote raam van twee verdiepingen hoog naar beneden gekeild.
Door de jaren vervagen de vele herinneringen aan het huis en wat er allemaal voorviel in een tijdspanne die later niet langer bleek te beslaan dan een tweetal decennia.
Hoe groot was de verrassing toen de huidige eigenaar van het huis ons meer dan veertig jaar later een foto bezorgde. Het was een tekening die werd gevonden op de binnenmuur van de ingemaakte kast van onze geliefde zolderkamer.
Wij hebben nog niet uitgemaakt welke holbewoner als maker van het kunstwerk mag bestempeld worden en of er een pagina op Wikipedia aan gewijd zal worden.