De wraak van het kleine (1)

17 nov 2017 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

 

                     Mensen zijn zwijnen. Varkens dieren. En Wimpie een jongen.

 

 

“Dan staat jouw blog vol met fake news!” zei ik tegen Ignace. Boos werd hij niet, hij glimlachte en antwoordde : “Ik schreef een dierenfabel, maar dan omgekeerd en gebaseerd op waargebeurde feiten.”

 

Hij nam nog een slok van zijn fanta en ging verder : “Het vleeswarenwinkeltje was een afvalcontainer bij de Fish Bone in Zeebrugge. Naast Noordzeekreeft met noedels serveerden ze daar Vlaamse klassiekers, zoals koteletjes met gekookte patatten en bloemkool in bechamelsaus. Als Wimpie zijn kat en hond niet vond, dan wist hij wel waar ze uithingen.”

 

En dat was rond die afvalcontainer van restaurant de Fish Bone. Twankie Wankel, de kater met twee achter- en één voorpoot, sprong erin, graaide er wat graten en botten uit en ze aten daar, kat en hond samen, van de restjes.

 

Later, op een doemdag, lag Twinkeltje daar, op de mat bij de De Wandelaeres. Ze had koorts, krabde zich het lijf haast stuk en nonkel Wittebolle, Florimond, noodslachter van beroep, de Beul van Dudzele, kwam langs, zei tegen vader De Wandelaere dat het duidelijk was. Varkensjeukpest! Hij nam een mes en sneed zonder pardon de hond de keel over.

 

Dat spaart een rekening van de veearts”, zei nonkel Wittebolle en Wimpie liep weg.

 

Toen Florimond het huis van de De Wandelaeres, in de Noordhinderstraat te Zeebrugge verliet wond Twankie Wankel zich nog rond de rechterlaars van Florimond. Nonkel Wittebolle gaf het beestje een schop en het vloog op de straatstenen. Een Mercedes 300S kon niet op tijd remmen… Ook voor Twankie Wankel was het die dag ‘over en uit’.

 

Dat Wimpie niet dom was, dat wist men op school. Hij las in een bibliotheek alles over varkensjeukpest, vond de varkensbotten bij de container, wist hoe laat het was en hij wachtte. Zo vaak als hij kon hing hij daar rond, in de buurt van het restaurant, tot op een dag…

Het was een witte vrachtwagen met rode letters. Vlees kwam de chauffeur leveren. Geen vis. Dat maakte het opschrift op de Scania meer dan duidelijk en toen vroeg hij het aan de chauffeur :

 

Kan ik bij U ook koteletten kopen voor mijn mama?”

De man in het wit wreef hem door de haren en sprak : “Mijn jongen, in één bak zitten er honderd. Dat is allicht wat te veel. Het vlees van Walter is niet voor Jan met de pet.”

 

Ze heeft een restaurant!” Wimpie bleef aandringen. De chauffeur gaf hem een visitekaartje en zei : “Dan moet je mama Walter bellen.”

 

Walter Remysen’, stond op het visitekaartje, daaronder ‘vlees van de beste varkens’, ook nog een adres en een telefoonnummer.

 

Wimpies onderzoek was nu compleet. Hij kende ze nu allebei. Florimond Wittebolle en Walter Remysen. De moordenaars van zijn Twankie Wankel, van zijn Twinkeltje.

 

 

 

eerste pagina van

'De wraak van het kleine'

(zesde en laatste deel van mijn e-boekje 'Twankie Wankel Twinkeltje')

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

17 nov 2017 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket