De wraak van het kleine (2)

17 nov 2017 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

                     Ik slaap nergens graag. Niet in een smulbox. Niet in een kooi.

 

 

 

Alfred bracht me een smulbox.

“Heb ik niet besteld”, zei ik hem. Mijn stem klonk allicht nog wat geërgerd. Ik had zo veel uren gestoken in het oplossen van dat enorme anagram, en nu… nu leek het een mengeling van halve waarheden en verzinsels.

 

“Van het huis”, zei Afred en ik deed het doosje open. “Een nieuwigheidje van me. Eigen preparaat. Een groentenburger. Proef tenminste.”

“Ook bedankt voor het potje zure uitjes”, antwoordde ik.

 

“Denk je nog steeds dat er veel rammelt aan het anagram?” vroeg Ignace.

“Eerlijk, Ignace, ik weet niet wat ik moet denken.”

 

“Feit is wel dat Walter Remysen op 9 januari 2015 een kogel door de kop kreeg. Officieel was het zelfmoord. Maar daar geloof ik niets van.” zei Ignace.

“Wat denk je dan dat er gebeurd is?” wilde ik weten.

“Men vreesde een lek… hij was uiterst labiel geworden. Daarom… voor de zekerheid… een eeuwig zwijgen.” beweerde Ignace.

“Wat zou hij dan lekken?” vroeg ik.

“De grootste dofpotoperatie van de twintigste eeuw,” zei Ignace. “Voor de dioxinecrisis zag veel het daglicht nooit.”

 

“Ik kreeg een eerste vermoeden,” zo ging hij verder, “toen mijn neef, Roeland Wittebolle, vertelde, dat zijn vader, die Florimond, die noodslachter uit Dudzele, maanden lang, elke nacht weg was, met zijn Magirus, dat hij hoorde, hoe het werk verdeeld werd, over de telefoon. Duizenden varkens met de ziekte van Aujezski moesten zo snel als mogelijk verwerkt worden. Ze werden ‘s nachts door mannen als Florimond opghaald.”

 

“’Noodslachters’ is een groot woord”, zei Ignace. “Het waren zelfstandigen met een vrachtwagen, een stok, wat touwen en een mes. De zieke beesten voerden ze naar kleine slachthuizen, zoals die van Van Hoornweder in Sijsele. Daar werden ze dezelfde nacht in worst gedraaid, in koteletten, in filets gesneden.”

 

“En mensen werden er niet ziek van”, merkte ik op.

Ignace knikte en legde verder uit : “Dat herhaalde zich. Enkele weken was het iets rustiger, zei mijn neef Roeland, en toen begon het weer, nacht na nacht. Enkel varkens.”

 

Ik proefde van de groenteburger.

 

Tegen Ignace zei ik nat twee happen : “Alleen een hond stierf er aan, aan die varkensjeukpest, zo nu en dan, en als men in de supermarkt of bij een slager zijn beklag ging doen, dan trok men de schouders op, zei men allicht : Het kan van overal komen.”

 

“Er moeten wel supermarkten geweest zijn die hun leverancier daarover aanspraken”, vermoedde Ignace en zei dat de hoeveelheid besmet vlees die in omloop was, gigantisch moet geweest zijn, “Jaarlijks worden meer dan tien miljoen varkens geslacht in België. Eén procent daarvan zijn er al honderdduizend, of zesduizend ton.”

 

“En in die jaren was het allicht meer dan één procent” was mijn commentaar.

 

Ignace knikte en ik vroeg naar het anagram : “Wat met die Delhaize, Noppen en Vermassen?”

 

Hij antwoordde : “Die Vermassen was allicht slechts een verwijzing.”

“Naar wat?” vroeg ik.

“Naar de Bende van Nijvel natuurlijk” en Ignace legde verder uit dat die ‘Bende van Nijvel’ een fabeltje was. “Voor dergelijke misdrijven, waarvan de ware toedracht in de doofpot gestopt werd, moest toch iet of wat van uitleg verzonnen worden.”

 

“Een soort van bliksemafleider?” vroeg ik.

Ignace nam een zuur uitje uit mijn potje en hij knikte : “Winkelketens die al te mondig dreigden te worden, werden gewaarschuwd, of denk je het toevallig was, dat alle aanslagen in supermarkten gebeurden, of op hun parking.”

 

“En die echte Reus,” wilde ik weten, “die van Aalst?”

“Die was één van de hanglangers van Remysen.”

“En Karel Van Noppen?” vroeg ik door.

“Die werd vermoord omdat hij voor zijn schoonbroer, die Walter Remysen, altijd een oogje dichtkneep, als controleur. Maar bij vetmesters die niet tot de clan Remysen behoorden, deed hij dat niet zo gemakkelijk en werd toen omgelegd.”

 

Ignace nam een tweede uitje.

 

 

 

pagina twee van

"De wraak van het kleine'

(zesde en laatste deel van mijn e-boekje 'Twankie Wankel Twinkeltje')

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

17 nov 2017 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket