Ik zag drie vissen van Noha Obeid
Aangespoeld vanuit het mare nostrum vrij geleid
Met Fenicische winden meegedreven op de tijd
Toen Baalbeck, Byblos, Syrus, Sidon en Tyrus
De Middellandse Zee omarmden aldus
Van Carthago tot Malta, van Gades tot Malaga
Zeevaarders en handelaren op in het kort hun saga
Cederhout en textiel, hars en veel wijn
Meer dan één God moest er beslist zijn
Om schapen te hoeden, hun wol te verkopen
Uit Iberië, Brittannië, tin en zilver in boten
Drie vissen die volgden hun reis naar daar ver
De handel, hun wandel, geluk en een ster
Tot ze denken wat is dat Kanaan, dat oude verhaal
De Fenische zeebonken, handelsvolk speciaal
Een reis naar het verleden
Drie vissen in heden