terwijl Tijger een botje breekt
spurt Idéfix
hij vliegt allicht
tegen dat wit plafond
het lijkt alsof
echt alles op de proef wordt gesteld
één en alle beenderen
het stof van mijn bestaan
want we zijn
met zijn allen op de beesten afgegaan en toen kwam hij
dat scheef lachend slachtertje
500.071x
amerikanen
allemaal dood
gisteren nog
ze liggen daar nu op het strand
3x één zeehondje
plus 1x dat monster van de onschuld
het is in Oostende
het is dat jongste vel
die zachte schijn
maar aai ze niet en paai hem niet
de haai uit het sprookje kent mijn maam
hij heeft geduld en ik heb al
tussen toen en nu
genoeg geluld
dat hoofd van mij
het voelt het al
het is dat zuur dat loopt
dat sijpelt en als ik het straks probeer
mijn vele vingers in één stopcontact te steken dan zullen ze lachen
3x hAhAhA
het zijn mijn batterijen
A-A-A
kleinigheden zonder kindermelk
ze zijn zo leeg, meneer
ze zijn zo loom, mevrouw en Tijgertje
hij krabt zich aan de longen
al het vocht moet uitgespuwd
belanden in die kelk
ik krijg hem niet omhoog
je denkt misschien mijn pielemuis
begot gij zot
het is de beker die ik heb gewonnen
toen ik nog in alles
in de toekomst kon geloven
uit de reeks 'Over eelt en zurkelteelt'