Familiale fantoompijn

21 jun 2016 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

In geen tijd zag ik bijna mijn hele familie voor de bijl gaan. Eén voor één geveld door die akelige ziekte. En ik kon er niets tegen beginnen. Ik kon alleen maar toekijken. Verder niets. Zelfs een goede zoon, broer, kleinzoon kon ik niet zijn. Een stille getuige van een bosbrand, een slachtpartij, een genocide. Begrafenissen werden een frequent tijdverdrijf. En zelfs daar kon ik niet echt zijn wat ik moest zijn. Wat er ook van een persoon in rouw wordt verwacht, en dat is een absoluut minimum van wat men van een persoon kan verwachten, ik voldeed er niet aan. Een triestige komma in de kantlijn, dat was ik.

 

Nu en dan voelde ik de familiale fantoompijn nog. Wanneer je een stuk eelt uit je leven wegsnijdt en pas na de ingreep merkt dat het eigenlijk om een volledig ledemaat gaat, dan doet dat pijn. Maar de kanker zat overal. En bloedbanden zijn maar zo belangrijk als hun pragmatische nut zich ook op lange termijn blijft manifesteren. Toch komen er elk jaar weer ankerpunten terug waarop je ze mist. Je verjaardag. Hun verjaardag. De feestdagen. Maar daar moet je door.

Het leven is ongenadig geweest voor zij die je niet kon missen, zij die je het hardst nodig hadden, die er altijd voor je waren, tot ze uit je leven werden geschrapt. Het zijn die wonden die het hardst bloeden. Al het overige was overbodig. Die banden heb ik zelf doorgesneden.

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

21 jun 2016 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket