qua opsmuk de boom naar de kroon stekend
vallen bij de begroeting al de eerste naalden
op verstijfd damast legt de tafelschikking
de versplinterde stamboom bloot
glazen fonkelend in de hand
begint de krijgsdans der wespen
de fijne vleeswaren uitgestald
smullen weekdieren van wat de revue passeert
de eerste scheurtjes verschijnen in het pleisterwerk
lipstick besmeurt ontblote tanden
onder de oppervlakte
voeten naast te nauwe schoenen
het aansnijden van de taart gaat zoals steeds
naar de eter met het scherpste mes
een achteloos onthoofde baby van suikergoed
wordt door botercrème verzwolgen
het ontkurken van het digestief
ontketent de laatste spoken