Ik zoek mezelf in duistere hoeken in grotten en in de diepe zee
Allen behouden mij.
Allen bevatten mij
Maar het is pas nu dat ik het zie
ook de zon en de maan zijn mij
Niet alleen donkerte en zwart
Niet alleen nacht en tranen
Ook schoonheid en liefde
Ik , een mens, een dier, mezelf
Vol van leven, lezen, leren
Liefde achter elke hoek
Ogen open dan weer gesloten
Open ze en kijk! Wat een prachtig mens.
Ik kan niet snappen wat mij opeens over komt. Dagen van duisternis heb ik getrotseerd en nu schijnt de zon, ook al schijnt ze niet echt. Ik voel mijn hart en ik voel mijn lijf. Ze zijn één. Het lijf is van mij, alsook het hart.