Open ligt de weg, als een zondag
en zilver op het netvlies
Het hart stemt Wij
Zij, spreekt met, niet over
met hen het leven van alledag
Dag!
van de slag als een vrouw
het dof en het luide binnen zet
(zeg het!)
een heks keelt, het kamerlicht geplet
Open ligt de ruimte, de paarden praten
Tijden worden oud
wiens goud werd ingepakt, uitgepakt en
ontdaan van precies die gebaren
Stemmen
Wij
Het feest is het hare als een feest volwassen is
Er loopt iemand
vermist
in de tuin, de schuur heft zolders
ze wil bereiken