een hoogwanerig dichter schreef ooit om zichzelf te herhalen tot hij zichzelf kon aanraken
de gebroken zee breekt open
wat is het verschil tussen een wonde en de eigenlijke bedoeling van de intentie
ze rijst tot een flagrant tegendeel
het systeem waarmee dichters beoordeeld werden functioneerde niet meer langs de rechterkant
niemand kan nog ontkennen dat het tegendeel toeval is wanneer de golven hun overvallen
nadruk beslist op geluid wanneer het accent van de klemtoon verdwijnt en de zee terug zichtbaar wordt
en dat voor mensen die er op staan te kijken en niet bewogen hebben
zij zijn nu uiteraard onschuldig voor ramptoerisme
de jongvolwassene keek naar zijn ogen en speelde mee
was er iemand in de massa die meekeek met gevoel zodat hij ze kon opmerken
die liefde die hij altijd zocht
zijn die mensen aan het baden of verdrinken
ik leed al vroeg een onderscheid als dichter
ik dook onder in woorden en zag de oever niet, alleen de overkant
alleen de overkant kan mij nu nog behoeden voor kunst
want ik ben ontdekt
op minieme schalen festijn ik tot het doordringt dat ik niet aan het schrijven maar aan het eten ben
ik vermorzel de tegenstand met mijn fout
herhaling
niemand die nu nog kan opmerken hoe ik mezelf verzilver in het verschil dat zo bedoeld was
het verschil tussen de schelp van de oceaanoever en de herhaling van de strandwervels kreunen onder symbiose
mijn gelijk
symbiose
wie geniet er van de samenvalling
omstandigheden spartelen als mensen niet verdrinken
een gedicht is een dubbele muur van onzichtbaarheid waar je door moet
zonder nut, zonder bedoeling
keer je om in je zelfbewustzijn en besef dat jij aan het schrijven bent
aan het schrijven in de werven van het zand
de werken van de aarde om de zon te bereiken
ze te verwittigen dat ze eindig is volgens het zicht van de wereld
licht
alles valt nu binnen het juiste kleurschema
ik zie de natuur graag, moeder
de ramptoerist werd meegenomen in een gemeenschap van starende blikken die hem meevoerenden naar zijn punttaak
het eeuwig leven
hij veroorzaakte het punt door zo lang mogelijk te staren naar niemand
zijn gelijk uit te stellen zonder iemand te verwittigen
dan naar beneden te kijken
alsof er niemand gebeurd was
tot hij terug het besef voelde van de eindtijd van zijn denken en gevoel zijn grootste misser bleek
wanneer hun ogen spoten als ankers voor de golven die zichzelf herhaalden
opnieuw de aandacht brachten naar het water
hij had niemand gezien
en dat had niemand gezien
je kan de zee niet met elkaar verbinden
daar is hij gestorven
aan dat besef
het keerpunt kon hij niet meer zwemmen, want dan moest hij ze zelf gaan halen
die mensen in de zee
een zwarte engte in zijn pupil die licht ontvangt,
mensen reflecteert in hun hoedanigheid en ze bewust laat worden maar niet bewegen
daarom was hij ramptoerist geworden
hier rust ik
het eerste slachtoffer van een ramptoerist
verwittig de mensen in de zee dat uitzonderingen volgen
en dat ze dan hun schijnheiligheid zien schitteren op de kaden van de bruistablet
hun keerpunt
er volgen geen uitzonderingen signaleren seingevers die niet bestaan tot de kust doorbreekt en mensen terug beginnen denken
in dezelfde massa verglijden die men niet de wereld maar wel de tijdsgeest noemt
ik zou kust en zee bewegen om dat verschil duidelijk te maken
dat een concept geen daad is in een gegeven wereld
ik ben verliefd op de ramptoerist
want zijn woorden zijn daden omdat hij naar iets kijkt dat zonder hem beweegt
en nu is het God tegen de ramptoerist
wie zal er voor het eerst een bestaand zicht herschapen tot iets nieuws
en wat zijn gebouwen dan