Hoe kon ik blijven hopen
een schat in je te vinden?
Veel wijze misantropen
bevroedden eerder onraad.
Zij noemden mij een blinde:
je uitzicht was brokaat.
Je haatte rekensommen,
omdat je juf heel slonzig
de klas inliep. Je bommen
vermommen drommen smart.
Je brein is heus wel sponzig,
gesjochten is je hart.
Bij nacht frustreren vrienden
met holle modewoorden.
Je hart doorboren broers,
brutaal als harde ouders.
Dus klasse, vorm en kleuren
bepalen nu je koers.
Ze zijn je codewoorden.
Of: stijl en kwaliteit!
Erkenning vraagt je kern.
Genegenheid gaat meuren.
Het leven volop vieren!
Zo klink je erg modern.
Maar relatief is tijd.
Je zorg voor ma op schouders,
toch vlucht je met bedienden
nietszeggend naar je graf.
Je blinkt nu uit in schmieren.
Het hart stak jij me af.