Hoor de wind tegen het tuinhek bonken.
De leeuwerik voor het laatst gezongen.
De zomer voor het laatst geroepen.
De stilte van de herfst nu op onze stoepen.
Onze eekhoorn maakt een wintervoorraad klaar.
Geen vruchtje, nootje hem te zwaar.
Pompoenen van het licht.
Doden hun gezicht.
De bruine beer het laatst ontbeten.
Lange slaap zijn appetijt vergeten.
Dikke jassen in de gang.
Straks duurt de winter weer zo lang.
Neusdruppels klein en in het groot.
Mist, regen en eekhoorntjesbrood.
Langer in het bed.
Het uur weer correct gezet.
Herfst in kleur, ach zo fijn.
Wou dat je altijd bij mij zou zijn.