Ik zoek nog een pleeggezin voor je oude zetel, je radio en je vis
Ik zoek nog woorden die ik aan je kan geven
En ongeschonden plaatsen in je verdoofde geest
Jij geeft niet om woorden
Je laat ze eenzaam kronkelen in een doolhof
Ik roep je aan, het licht blijft uit
Je geeft niets om broosheid, terwijl je net bestaat uit verduurd rubber
Ik roei door je heen, je rimpelt nauwelijks
Tot alle woorden zijn gladgestreken