ingekleurd met koude

31 mei 2014 · 10 keer gelezen · 0 keer geliket

van de winter krijg ik erg veel koude binnen
er wordt op toegezien of ik weldegelijk
dat opgelegde gedrag draag onder mijn mantel.

een uitgemonde lach
stroomt door een gezicht dat dichtslibt

en zichtbaar ergens overheen getrokken zit.

het bibberen breekt uit deze beenderen,

uit de lippen die te dicht tegen elkaar aanliggen

die naar wat ze zeggen nooit luisteren
in de verzameling van dit lichaam bewaard, badend in
stuiptrekkingen die op willekeurige tijdstippen instappen

en de hele boel vertragen. de trilling versluist zich
naar de seismograaf van huidhaar. rimpels rijpen
aan het oppervlak in de boomgaard

van ieders nabijheid.

buiten kijkt iedereen door doorwaadbaar glas
door doorwaadbaar gas

in aderen van lucht goot men het blauw: een kleur koude,

een soort verf gevoeliger, wendbaarder in de zomer

wanneer ontdooid het water zich wast.

 

in de valleien tussen gebouwen kijk ik naar reizigers

verdwalend in hun voetstappen teveel, doorweekt

van de kou, en ruikend aan slierten adem

die ze brouwen (briesen uit neusgaten) en waaraan ze lurken,
waarschijnlijk de tong van hun geest

waarom anders zo vluchtig en verbleekt
de taal die jij met me aanknoopt; de versprekingen keken

in mijn richting en kwamen me vertrouwd voor

het soort ongelijkheid dat tussen ons inlag bleek overbrugbaar

maar ik begon met een zucht wat me nog spijt
zolang onze lichamen bijpraten, zijn woorden enkel achteraf

nodig, eventueel om misverstanden te dempen.

mijn silhouet probeerde het licht uit zich weg te

duwen, raakte eronder bedolven

weet ik nog hoe je was,

hoe je op me uitvloeide, tussen varens, tussen het vlas
dat meebewoog met wat het uit de woelende wind las?

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

31 mei 2014 · 10 keer gelezen · 0 keer geliket