Het vinden van werk was een rotjob op zich. Misschien was dat niet voor iedereen zo.
Toen Ella op haar 18 rotsvast overtuigd van eigen kunde, wilde bewijzen dat wat haar ontbrak aan getuigschriften of diploma’s gemakkelijk kon worden gecompenseerd met logisch inzicht , hard werk en intellect, kwam ze al snel tot de conclusie, dat ze niet de enige kandidaat was met dat profiel. Haar eerste tewerkstelling was een patéfabriek.
Een grauw roodbruin complex van industriële gebouwen dat van kilometers ver te ruiken was.
Een vreemd geconstrueerd pand met betonnen vloeren die schuin afliepen om alle “ongewenste” vleesvloeistoffen tweemaal daags weg te spoelen via een systeem van sproeiers die aan het plafond of de tegenovergestelde muur waren bevestigd. Hiervoor werd niet enkel water gebruikt maar ook een toegevoegde chemische extra stof die even penetrant geurde als de excreties die ze weg diende te spoelen.
Werknemers liepen allemaal in dezelfde vormeloze papierachtige uniformen, met enkel dat verschil dat er drie kleuren waren om de verschillende soorten werknemers van elkaar te onderscheiden.
De blauwen waren degene die het rauwe vlees behandelden. Dit was het meest bloederige werk.
De gelen waren de kokers of mengers, die bovenaan ketels zo hoog dat er trappen omheen werden gebouwd, moesten instaan voor een correcte afweging en verhouding van enorme porties vlees en kruiden. de witten waren de afwerkers. Ella’s job bestond erin om aan de band waar porseleinen met paté gevulde potjes voorzien werden van een anderhalve centimeter dikke laag gelatine, de bramen gemorste gelatine weg te vegen met een alcohol bevochtigde doek. Doordat de gelatine onmiddellijk gevriesdroogd werd, was deze niet meer lopend en kwam hij gemakkelijk los, maar het tempo van de lijn liet niet toe om alle bramen netjes in de vuilbak te werpen.
Met zes andere wit geklede interimmers die aan een tempo bedoeld voor 8 personen stonden te vegen alsof hun leven ervan afhing, vlogen d bramen gelatine in het rond, tegen elkanders gezicht, in de kraag van niet volledig toegeknoopte vesten en in de boord van hun schoenen. Wanneer een van de zes de tijd nam één van die ongewenste verloren bramen te verwijderen, liep de gehele band vol met potjes.. die doordat ze niet onmiddellijk waren afgeveegd, bramen kregen die veel moeilijker te verwijderen waren, waardoor er niets anders opzat dan ze met je nagels af te krabben.
Na amper drie uur was ze gaan lopen, dit tot grote teleurstelling van het interimkantoor dat haar, ongeschoolde snotneus zonder enige andere werkervaring, de kans gegeven had ergens te beginnen waar ze nadien zelfs kans had op vaste indienstname.
Na een fikse aanbrander dat dergelijke egoïstische beslissingen niet enkel weerslag hadden op Ella zelf maar ook op de samenwerking tussen het uitzendkantoor en de fabriek, werd haar aangeraden naar een ander interimkantoor te gaan.
Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.
Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.