Je huilen is gestopt, verstomd
Je ogen zijn hol
Maar je hart loopt over
Je bent ondersteboven
Je gilt een gat in de nacht en
wacht
Maar ze zwijgt even hard terug
Want haar vlees is bot geworden
Dat zet je het mes op de keel
Keert je binnenstebuiten en snijdt
Scherp
Door merg en been