De noch pijnlijke noch langdurige vriend van het laatste uur
geeft de scherpe zaken des destijdse desillusies het denkvermogen
tegen te spreken omdat buren ook maar mensen zijn of blijken
te bestaan in vreemd genoemde intervallen beginnende bij het
luidop benoemen jij de sierlijke vriend jij de laatstgenoemde
waarom beste wensen altijd komen na het kersvers inzitten met
gevoelige omstaanders die van ver komen aanwaaien die hoofd opgeheven boezempersona’s terwijl we weg willen van dit losstaande
steegje uit verhalen en folklore waar we niets tekort hebben en
koning blijken in eigen bestaan maar niemand zoekt de zon nog op
niemand vertrekt nog jegens de andere overwint de winter wel
degelijk van dit groepje aandachtig luisterend naar het geklop en
het gedrum van het volk houdt de deuren voorlopig gesloten.