1.
Haat waait door de straten,
Wordt gefluisterd tussen bomen,
Doet de ronde tussen pot en pint,
Klauwt wild naar wat onzichtbaar,
Daar, achter de blanke muur,
In de marge van ons zijn.
Haat wanneer de zon opgaat,
Haat bij het ontbijt, de lunch,
Bij alles wat ons dierbaar,
Want haat blijft overeind
Als de muur hoog genoeg,
Als geen poort of bres of brug.
Haat huist en haat ruist,
Gaat, rent, vliegt en suist,
Zit verscholen in ons dromen
Van een leven onverstoord en
Uitgeboord, maar leeg vanbinnen,
Veilig, maar verschrompeld.
Geen woorden voor de doden
Nu de lijdensweg ten einde.
Een thuiskomst zonder weerga
Na een exodus in tranen.
Ook thuis rust ons zwaard niet:
Wij zijn baas in eigen land!
Angst gecultiveerd,
Haat die cumuleert:
Hij die zonder zonden
Legge de eerste steen.
Wij willen veilig,
Een grond die heilig,
Laat ons een land,
Een stad, een berg.
Thuisgekomen,
Huis genomen,
Wedermoorden,
Zoon verloren.
Kerf een lijn in het rode zand:
Hier en niet verder.
Laat taal je ergste wapen zijn:
Benevel met je woorden.
Zet de wereld naar je hand,
Goochel met opinies,
Kneed ze in hun hoofden.
Kruip in je vertrouwde pak,
Het verleden is herbruikbaar.
Laat een traan, laat de waan,
Ontzeg twijfel het bestaan.
Toon hen wat je wil,
De wereld aan je voeten.
Schop hen in de wonde
Van de schuld die vergroeid
Met hun inschattingsvermogen,
Dat trauma dat verblindt,
Dat verstart en dat verwringt.
Vertrappel en verdelg,
Maak er een schouwspel van
En laat de reuzen kijken,
Geboeid en onverschillig,
Naar hoe je om je heen schopt
In het kielzog van je pijn.
En vergeet niet:
Het slachtoffer,Dat ben JIJ.
2.
Het strijdtoneel begraven
Onder lagen van cynisme,
Fatalisme, je m'en fous.
Fragmenten van kinderen
Her en der in het stof
Van hun gulzige verleden,
Tussen opgegraven wortels
Van een aftandse tragedie
Steeds heropgevoerd, hervat,
Wegens succes verlengd.
Maar jij kan je stoeltje
Naar believen verlaten,
Jij bent niet ingekapseld
In dit eeuwenlange conflict,
Een spiraal van boze schimmen
In een land ver van je bed.
Je vlucht naar het bordje EXIT,
Een lichtbaken als een boei,
En je rug keert naar de bühne,
Die tot aan alle hemels brandt
En het uitschreeuwt van ellende
Met geen hoop op een uitgang.
Nee, zij niet.
Zolang kaartjes vlot verkopen
Blijft dit stuk van groot belang.
3.
Land van pijn
Land van verwarring
Land absurd
Land van vernarring
Land van strijd
Want land in ruzie
Land van droom
Land van illusie
Land vol angsten
Land van actie
Land van woede
En reactie
Land in oorlog
Land als slachtbank
Land apartheid
Want land mag dat
Land zonder blikken
Land zonder blozen
Land dat aan flarden
Land uitgekozen
Land waar geen vat op
Stijf van de zorgen
Land van volharding
Land zonder morgen
4.
Bloed op de muur
En bloed in het gras.
Bloed in haar ogen,
Bloed op haar jas.
Bloed uit haar armen,
Die geen armen meer zijn.
Bloed kleurt ons bestaan,
Bepaald door wat we zijn.