Shit, ik kan alleen maar zijn kop pakken.
Den ivo prevelt dat hij mijn vader is.
Het is onmogelijk.
Voor hem.
Om de vliegen van af te slaan die eieren in zijn barsten willen leggen. De maden zijn op komst en de rest van zijn lichaam valt uiteen. De brokken kruipen in de grond nog voor ik die zak rond die romp krijg. Uit jute. Voor patatten, maar ik heb toch zijn kop.
Ik neem hem mee op reis, zou een zin kunnen zijn van Ricky. Hij is nu dood. Na de exodus van de smerige mensheid was hij alleen achtergebleven en diezelfde slang. Die van het begin. Zij had geen medelijden.
Dimitri is ook dood. Daar heeft Roeland al voor gezorgd. Ikzelf heb niet lang meer en ze moeten eerder. Ze moeten sneller gaan dan ik.
Roeland is alweer mijn trouwe luitenant. Hij mag geen van mijn personages achterlaten in deze wrede wereld. Hij zal zelf aan zijn einde komen als een echte samoeraï.
Ze zullen het niet weten. Straks in dat frietkot. Niet wat den ivo sprak, noch wat hun lot is.
Het recept voor de ondergang is ook niet gekend bij de heren Lemmens en De Vos en trouwens. Bij Alfred zijn alle sauzen gewoon anoniem. Zij lullen niet uit hun nek. Ze laten zich gewoon verslinden.
Jongens. Het is gewoon stilaan tijd. Het einde lonkt. Den ivo. De klok. Het flinterdunne firmament. Alle leuterkneutels. Ze willen allemaal nog snel hun zegje doen.
uit de reeks 'Roeland Wittebolle'