Ik kan me achter de regel verschuilen
dat ogen na twintig minuten schermtijd
nood hebben aan perspectief. Minuten
worden seconden, terwijl ik in de voetbal
op het tuinhuis van de buren het ultieme
vluchtpunt vind. Hoe hij zich onder
een gesluierde zon al verkneukelt
in de volgende match. Lichtjaren
geleden – ik schreef Teams nog niet
met hoofdletter – brandde het aantal
doelpunten ons vooruit. Wist ik veel
dat we nooit meer broers zouden worden
dan op een avond met de bal aan de voet.