aan landverlaten slakken zie je het
ze zweven niet
ze drijven niet
ze zinken soms een laatste liedje
naar de diepte van de stilste tonen ben ik nooit geweest
ik was vlakbij
alles leek scherp
mijn vel te zacht
een zwarte hoop joeg me er weg
ze zei adieu, het komt nooit goed
de bol is rond
ik weet het niet
waarom je aan een tocht begon
ik kroop omhoog de knieën rood
het zout was taai
de route leek me lang
als lussen voor een knoop
ik zag een slak hallo riep ik
het beestje schrok en zei
geen weg doolt naar zijn eind
enkel een lakenspook
waar moet ik zijn
het waren woorden uit mijn mond
een grijze schijn
had mij gehoord
ze wist het wel die maan morsdood
ze had geen rand
ik keek wat om me heen ik vond
geen stoel waarvan ik springen kon
uit de nieuwe reeks 'Duim voor Dimitri'