Meelopen.

8 apr 2014 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

Zo stappen ze gehaast, de man, de vrouw,

ijlen zichzelf voorbij. Zetten hun hakken

niet meer in het zand.

 

Voor niets gaat hier de zon nog op. In het vale licht

vervagen benen, lopen uit in vormloze rompen.

Geen handen die in onschuld wassen.

 

Dit is een zaak van veel facetten, in rasters

ingelijst. Ze treden ze met voeten, niets ziend,

niets ontziend, enkel de laagste kant zichtbaar.

 

Dan wil hij nog liever wars, achter het gewapend glas,

over zich heen, op vrije voeten, laten lopen. In stilte

de plaat poetsen.

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

8 apr 2014 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket