daar op de tram
voor mijn neus stonden
twee frêle
mensen/bloem blaadjes
zich te ontplooien
een meisje in volle jeugdige pracht
zonbruin duistere ogen
een jonge blonde bleke jongen
die stiekem naar elkaar zaten te staren
hij keek weg
zij keek hem aan
zij keek weg
hij keek haar aan
waar is de tijd dat ik mijn seksualiteit stond te poseren
een koppeltje
een zwarte man
een blonde vrouw
de vrouw werd geleid
naar de laatste bank
terwijl de zwarte man
beschermend om zich heen stond te staren
mensen bloem blaadjes
daar zat ik op te staren
Armageddon kan morgen wel wezen
fluisterde een knorrige stem
Armageddon man
dat zien we morgen wel
ik liep weg
naar de deur
die openschoof
daar stond een stoere blanke man
te dringen om op de tram te wezen
onverzettelijk agressief
ieder beweging
blokkerend
opeens
daagde het hem
dat wij eerst uit
en hij dan in
kon stappen
op de tram
zo liepen ik,
gelukkig
van de trede
***************************************
tomaso albinoni - adagio

