Mijn Draak - een autobiografisch fictieverhaal (inleiding + I + II)

CVDR
17 apr 2019 · 24 keer gelezen · 1 keer geliket

Beste lezers van AZERTYFACTOR.BE ; beste iederéén, wie-je-ook-mag-zijn...

Wat zenuwachtig upload ik hieronder een herwerkte versie van mijn 'origineel' - dat ik in 2017 liet verschijnen als 'vervolgverhaal' op een eigen website ten voordele van Parkinsononderzoek... Willen jullie aub je mening geven, eerlijk en ongezouten, zodat ik kan leren uit mijn eventuele fouten? Geen idee hoe dit naar mensen toe overkomt, mijn verhaal, mijn ideeën, mijn leven... Hopelijk genieten jullie even zeer van het lezen, als ik van het schrijven!

 

__________________________________________________________________________________

 

Ergens in België, juni 2018

 

Beste lezer – ja – jij daar – Hallo! Aangenaam  en welkom bij mijn verhaal... 

Een verhaal dat je meeneemt naar alle hoeken  van mijn verbeelding. Het bevat stukken herinneringen aan vroeger – lang vervlogen tijden – en flash forwards naar de toekomst.

 

Herinneringen, die realiteit waren en zijn, maar die niet noodzakelijk in de gegeven volgorde aan bod zijn gekomen in mijn leven.

 

Enkele jaren geleden, ging ik op tocht in het Land van Fantasie – en uiteindelijk is deze neerslag een creatieve verwerking van mijn avonturen in dit bizarre land... Met personages die je tegelijk bekend voorkomen maar toch ook bevreemdend aanvoelen. Een fantasieverhaal dus, waarbij de invloeden uit andere literaire werken duidelijk voelbaar zijn. Het staat, onder andere, bol van verwijzingen naar Antoine de Saint-Exupéry’s “Le Petit Prince”.

 

Geniet ervan, verlies je in mijn fantasie –

                kom jezelf tegen...              ...vind uiteindelijk jezelf...

 

...en vergeet zeker niet je eigen opinie te delen! Dit verhaal wil een duiding zijn van hoe ikzelf deze ervaringen heb meegemaakt – zonder te belerend over te komen. Ervaring is subjectief, vandaar dat ik ook graag weet hoe jij dit allemaal ziet! Graag weet ik ook iets van jou – voor we beginnen - wat is jouw verhaal?!

 

Naam: .................................................................................

Leeftijd: ............... Woonplaats: ..................................

Met welke reden lees jij dit boek?

...............................................................................................

 

mijndraakmijnverhaal@gmail.com

 

       

Het is nu zo’n drie jaar geleden, dat het Hoge Woord er uit kwam... Parkinson... Wacht – stop – hold the presses - WAT?!

 

“Jaja... Parkinson, mevrouwtje... de DAT-scan heeft het duidelijk uitgewezen – kijkt u maar even mee... Ziet u hier de oplichtende celletjes? Dat zijn DOPAMINE-cellen, en die cellen zien we veel minder oplichten op uw scan – ziet u wel?!”

 

De dokter praatte en praatte, ik hoorde er niets van... De hele wereld leek weg te draaien – steeds sneller en sneller, tot alles enkel  een verre waas leek te zijn. In de verte hoorde ik hem nog steeds doorgaan – maar zijn woorden drongen nauwelijks tot me door.

 

“Het is natuurlijk verschieten – dat begrijp ik maar al te goed – een actieve jonge vrouw op uw leeftijd... Maar het is niet het einde van de wereld, weet u...”

 

NIET het EINDE van de wereld... Oh nee?! En waarom leek dat dan zo? Op dat moment, leken zijn woorden wel van een buitenaardse planeet te komen – inlevingsvermogen – empathie – zag hij dan de tranen in mijn ogen echt niet?! De angst, de onzekerheid, het ongeloof, de woede...?!

 

“Als u wilt, gaan we voor een second opinion bij dé gerenommeerde professor... Gezien uw leeftijd, zou ik het zelfs  aanraden!”

 

JA, vooruit dan maar – nog meer onderzoeken... Ik liet het over me heen komen – what more could I do?! Let the games begin... AGAIN!

 

Terwijl hij een afspraak voor me vastlegde – of toch dit probeerde te doen – zonk de moed me diep in de schoenen...

 

Hoe zou ik dit ooit vertellen aan...

“Slecht nieuws, mevrouwtje... Er is een wachtlijst van negen maanden bij deze professor – ondertussen zal ik al medicatie opstarten, als deze aanslaat weten we toch al iéts meer hé.”

 

Iets méér? Maar u kwam juist te zeggen dat de Ziekte van Parkinson wel degelijk in mijn leven was binnengeslopen... Waarover wilde u dan nog méér duidelijkheid?! Zou er kans bestaan dat u zich heeft vergist?! Dat de scan toch een verkeerd beeld gaf?!

 

“Daar kan ik jammer genoeg niet op antwoorden – meestal is deze scan 100% correct – maar goed, de wonderen zijn de wereld nog niet uit... We zullen eventjes moeten afwachten...”

 

EVENTJES zegt hij... NEGEN MAANDEN tijd zodat het zaadje dat toen ingeplant werd in mijn hoofd kon verder groeien... NEGEN MAANDEN waarop het verder kon evolueren, van een vage schim naar een tastbaar gegeven– NEGEN MAANDEN om daarna “mischien” te “bevallen” van een baby-from-hell...

 

EVENTJES – effe – een relatief korte tijd in een mensenleven...

Maar op dat moment, écht niet voor Mij! Ik kon tijdens die negen maanden me niet van de gedachte ontdoen : “mijn leven, as-I-knew-it” was voorbij... Leven deed ik nog wel – en sterven zou ik zeker niet snel van deze ziekte – maar confronterend was het zeker wél!

 

Op verschillende vlakken – beginnend bij de blikken van de mensen, die op dat moment nog van niets wisten – maar ook op werkvlak eiste het een zware tol... Niets kon ik nog verdragen, van die pubers die ik geacht werd iets bij te leren. En meermaals dwaalden mijn gedachten weer af – naar mijn eigen schoolsituatie. Die leraars hadden de situatie ook niet steeds goed aangepakt – maar zeker ook niet slecht....!

**FLASHBACK**

 

I -  een vage herinnering

 

Een klein meisje – met lange blonde haren – pijpenkrullen – zit aan een tafel. Rond haar, kleurrijke stoelen, die haar hard en leeg aanstaren. Stoeltjes, die een paar seconden geleden nog vol zaten met leeftijdsgenootjes. Leeftijdsgenootjes, die een paar tellen geleden hard joelend en vol jolijt de stoeltjes mochten verlaten.

Ergens in de verte, hoort zij het gelach van kinderstemmen. Een hamertje tik-tik-tik. Een liedje dat wordt gezongen. Een pop die een kreet smoort van blijdschap, omdat zij uit haar bedje wordt gehoffen.

 

Dat kleine meisje, lijkt wel in trance… Een roes van concentratie, een waas van boosheid, proberen de tranen te onderdrukken. Kijkend naar de tafel, met allerlei afgewerkte maskers. Kijkend naar de papiermand, waar resten papier in zijn beland. Proppen in vrolijke kleuren, met hier en daar enkele bruine stroken ertussen. Die bruine papierstroken – zijn niet afkomstig van de kindjes uit de klas, neen. Zij zijn maar van één persoon. En die persoon, die is het reeds gewoon.

 

“Wat is ze gewoon?” vragen jullie je nu waarschijnlijk af.

“Waarom zit ze daar nog alleen?” hoor ik jullie vragen.

 

Haar concentratie wordt onderbroken door luid jongensgelach “Kijk, juffrouw, nu knipt ze wéér scheef!”. Het bruine papier wordt uit haar handen getrokken, smalend bekeken door enkele stoere kleuterjongens. “Kan jij niet eens knippen – Cornelia…?!” hoort zij Haantje-De-Voorste zeggen, “…je lijkt wel een baby!”. Die zin echoot door haar hoofd “Baby-baby-baby…!”.

 

Gelukkig worden de jongens weggejaagd door een warme stem, die hoort bij een grote, slanke juf. “Laat haar maar, jongens…” hoort ze de stem zeggen “…anders is ze morgen nog stééds bezig!”. De klas barst in lachen uit – terwijl zij een nieuw ‘snorharenblad’ voorgelegd krijgt. “Komaan, meid, nog twee strookjes récht knippen en je mag gaan spelen.” Zegt de juf, die snel weer naar de andere kindjes toegaat. Even nog, werpt ze een blik op de lange benen en de rug die haar wordt toegedraaid. Onverhoopt knipt ze verder – wetend dat ze zéker vijf stroken zal moeten knippen voordat er twéé zullen goedgekeurd worden.

 

Crea-uurtje… Wat voor vele kinderen een ontspanning zou moeten zijn – lijkt voor haar uren te duren. Gelukkig komt er zo meteen nog een zang-uurtje aan, dàt zal hààr tijd worden. Een tijd waar zij kan tonen wat ze kan – want toontjes zingen en tekstjes leren – dàt kan ze als geen ander. Ze hoort de tonen uit de mond van de kindjes komen en…

 

Met herwonnen geloof in zichzelf, vangt ze het knipwerk weer aan. Met enige fierheid, kan ze een tijd later toch ook haar snorharen op het (leeuwen?-) masker vastkleven. De carnavalvakantie staat voor de deur – zou ze toch nog even spelen met de poppen, of toch de liedjes mee gaan zingen?! Snel ruimt ze op, stommelt ze naar het hoekje maar…

 

DDDDRRRRIIIINNNNGGG!!!

                                                                               Niet meer spelen – niet meer tonen dat het wél klaar was, dat zij géén baby meer is – want alle kindjes stuiven de deur uit, zonder haar nog een blik te gunnen… De vakantie was begonnen!

 

II – Fantasie

 

Ze blijft even alleen achter – verdwaasd rondkijkend. Een tweede juf komt naar haar toe, feliciteert haar met haar werk en wenst haar een leuke vakantie. “Had ze daarnet zitten dromen?  Een flashback naar vroeger – toen ze nog wat jonger was?” Haar overpeinzingen worden onderbroken door gekuch uit de gang. De - inmiddels al iets ouder geworden -kinderen wachten op de gang, met jas en boekentas al rond en op het lijf.

 

“Maak voort jij!” sist een groot meisje met lang bruin haar haar toe. “Wij willen naar huis!” fluistert een ander. Trager dan ze zou willen, knoopt ze haar jas toe en stapt ze richting de lange rij. Samen gaan de kinderen de lange gang door, en wanneer ze bij de buitendeur komen weten ze met hun vrolijkheid geen blijf! “Joehoe! Vakantieeeeee!” hoort ze hen roepen en snel lopend – vliegend lijkt het wel – stormen ze de speelplaats op. Het meisje probeert hen te volgen, probeert even opgewekt buiten aan te komen, en éven lukt haar dat ook…!

 

Opgelucht haalt ze adem als ze aan het schoolhekken staat, kijkend naar de voorbij zwevende wolken. Nu heeft ze even tijd voor zichzelf, voordat haar mama haar komt ophalen met haar broertje en zusje. Tijd om te doen waar ze goéd in is – zingen en fantaseren…

 

Luid hinnikend reed ze dan op het muildier over de speelplaats. Eerst in stap – want ze moest voorzichtig zijn. Op het eerste eiland waar het bootje hen naartoe had gebracht, waren er immers inboorlingen, en die mochten haar niet zien! Haast sluipend reden ze samen door de wildernis.

 

Eiland na eiland doemden zo voor hen op – het éne al meer bizar dan het andere – met personages die haar meermaals hielpen te ontsnappen aan de werkelijkheid. Een werkelijkheid, die steeds méér onwerkelijk leek te worden naarmate ze ouder werd. Een werkelijkheid, waar velen haar niet leken te begrijpen – maar waar ze zeker niet het gevoel had ‘alleen’ te staan.

 

Zeker niet tijdens de vakantieperiodes, wanneer ze naar hartelust met Broer en Zus kon fantaseren. Even haar hoofd helemaal legen – niet meer denken aan de juiste sommen of schrijfwijze van bizarre woorden. Neen, in deze wereld leek dat allemaal bijkomstig.

 

Beetje bij beetje werd ze verder opgeslorpt , opgeslokt door dit gevoel van zaligheid – een staat van BEWUST ZIJN, in plaats van het ONDERGAAN – een staat van BEREIDHEID om het onbekende te ontdekken – een staat van ZICH OPENSTELLEN naar nieuwe ervaringen toe, iets wat zeker niet evident was maar toch een goed gevoel met zich meebracht...                 VOLDOENING heet dan dan...!

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

CVDR
17 apr 2019 · 24 keer gelezen · 1 keer geliket