Nog ziek, wilde hij gaan gymmen. Hij lag op bed, tilde tien tellen zijn gestrekte benen op, spreidde en sloot ze, ook telkens tien tellen. Hij ademde moeilijk.
Zijn routine werkte hij af: benen gekruist, rechtop, ingetrokken en rechtuit. Bezweet en buiten adem was hij, de dood hem zeer nabij.