Vanaf de hoogste duin dalen
en tellen we samen jaren af.
Min twintig, dertig
Ik ben als eerste weer klein.
Mijn wereld niet groter
dan een jokaribal.
Terwijl jij landen afvinkte
op de wereldbol,
leerde oma mij golfspringen,
paste ik nog in mijn blauwe jasje.
Min veertig, vijftig
Toen van mij nog lang geen sprake,
racete jij in gocart mensen van de baan,
kende je de verkeersagent bij naam
en waande je je groot
omdat je zelf de soep mocht halen.
Nu kijken we hand in hand zee,
rollen onze jaren samen het strand op.
Hetzelfde zand bouwde onze kastelen.