Op goed geluk raapte je veren,
bezaaide je huis en vrienden ermee.
Ook ik werd niet gespaard
van je blik vol symboliek.
Je handen steeds op weg
naar een ritueel.
Een paraplu naast een typmachine.
Geen plek voor toeval.
Zo lees ik je nu ook.
In elke veer
op weg
naar mijn huid
* voor Gee