Twee bankjes, één dijk en ik denk aan weggaan. Jij zit en je kijkt. Naar zee naar wolken naar een meeuw die net niet de oever raakt maar ook niet verdrinkt. Ik sta en ik kijk: naar jou naar de bank naar de dijk en ik kijk en ik denk: oke, daar ga ik dan.
Je ziet het niet maar ik zet een dappere stap jouw kant op. Je voelt het niet maar ik adem jouw richting in. En uit. En weer in en je kijkt en nú zie je me en ik zie jou en de meeuw staat maar struikelt ook en de bank kraakt en de dijk breekt en ik denk aan weggaan
je steekt je hand uit en alles golft
het is eb en vloed tegelijk
het is een bankje op een dijk en ik kijk en ik denk
oke