Paradise lost – kroniek van een draaidag

8 okt 2019 · 40 keer gelezen · 0 keer geliket

In 1978 wedijverden twee televisieprogramma’s op de Belgische zenders om de gunst van filmliefhebbers. Langs Franstalige kant was er ‘Le Caroussel aux Images’ gepresenteerd door Selim Sasson en langs Nederlandstalige kant presenteerde Jo Röpke zijn ‘Première’.

De Vlaamse regisseurs en hun films beleefden hun hoogdagen en de Nederlandse Willeke Van Ammelrooy was hun geliefde actrice. Vreemd genoeg was het Selim Sasson die in zijn uitzending een oproep deed voor figuranten in een Vlaamse film.

De geroemde en soms verguisde cineast Harry Kümel  draaide zijn ‘Het verloren Paradijs’ ergens in een zompige weide bij een kasteel in hartje Pajottenland.  Hij zocht een allegaartje die als dorpsbewoners in opstand kwamen tegen de kasteelheer. De prestatie noch de verplaatsing werden vergoed.

Voor de buitenopnamen werd gekozen om te draaien rond eind oktober.  Ik vermoed dat het licht en de herfstkleuren dan ideaal  waren. Toen ik vernam dat de hoofdrol aan bovengenoemd Willeke zou te beurt vallen, twijfelde ik geen ogenblik. Haar wou ik wel eens in levende lijve aan het werk zien. Ik volgde de aanbevelingen van Selim, stopte mijn jeans in mijn rubberen laarzen, trok boven een warme trui mijn versleten korte regenjas aan en nam een roestige spade uit het tuinhuisje.

Op de set werd al snel duidelijk dat het gelukt was om een allegaartje op te trommelen.  Het werd een ware volkstoeloop. Gelukkig hadden de meeste begrepen dat ze inwoners van een boerendorp moesten spelen. Bij de welkomkoffie werd uitgelegd wat er van de figuranten verwacht werd. Naargelang het al of niet goede verloop van de opnames werd er rond het middaguur een pauze voorzien met drank en broodjes.  Door het vroege invallen van de avond werd voorzien om rond zeventien uur te stoppen.

Iedereen was onder de indruk bij het zien van de gebruikte filmapparatuur.  Naast de enorme lichtspots  was er een heuse travelling met een enorme mobiele camera opgesteld onderaan de heuvel die naar het kasteel leidde.  Daar werden de opnames gemaakt voor de bestorming van het kasteel door de boerenmeute. Wij dachten aan Frank Aendenboom in ‘De Leeuw van Vlaanderen’ als we de heuvel opliepen, gewapend met rieken, spades en knuppels.

Tijdens de middagpauze zagen wij Frank’s moeder, de gevierde actrice Gella Allaert, die een rol had in de film. Toen we haar vroegen naar Van Ammelrooy,  zei ze op haar uiterst beminnelijke manier dat Willeke nu geen draaidagen had en dat wij het dus met haar moesten stellen. Dan merkten wij dat de oproep van Selim Sasson ook tot hartje Wallonië was doorgedrongen. Uit het verre Charleroi waren met de trein een moeder met haar twintigjarige en wat sullige zoon afgezakt.  Mama droeg een feloranje broekpak met brede pijpen en hoge hakken. Voor zoonlief had ze een broodzak vol met sandwiches meegebracht. Die kon ze sparen voor de terugreis, nu  de filmproducer voor de hele bende belegde broodjes had laten aanrukken. Om de haverklap stiftte ze haar lippen. Met broekspijpen die al snel onder het slijk zaten en haar hakken die in de modder bleven steken liep ze achter haar zoon aan en duwde hem telkens in beeld van zodra er een camera in de buurt was. Ze moest en zou hem als filmacteur lanceren!

Naast een aantal Pajottenlanders uit de buurt die voor hun ‘typische koppen’ werden uitgekozen mochten enkele figuranten die vrij waren de volgende dag weerkeren voor een reeks binnenopnames.  Daarbij bestond de mogelijkheid dat er een kleine onkostenvergoeding zou betaald worden.  Met de hoofdrolspeelster in mijn achterhoofd gaf ik mijn naam op.

Tijdens de tweede draaidag werd in het kasteel gefilmd. Bovenaan een draaitrap snauwde Kümel de boeren en boerinnen toe dat ze grimmig en dreigend moesten kijken als ze naar boven stormden.  De scene moest verschillende keren herhaald worden. Bij de derde take riep de cineast een knap meisje toe dat ze weg moest.  Tot driemaal toe had ze met een brede glimlach in de lens gekeken en daardoor de boel verknoeid. In tranen verliet ze de set, haar prille filmcarrière gefnuikt. Uiteindelijk kwam alles goed en keerden de trotse figuranten huiswaarts. Nu begon het lange wachten tot de film zou worden gereleaset.

Toen ik het haast vergeten was kwam  er een postcheque toe  voor het niet onaardige bedrag van 500 Belgische Franken .  Nu is dat amper 12,50 € maar destijds kon men er een aantal filmtickets mee kopen. Ik weet zeker dat ik het talon van mijn postcheque met de titel van de film op zolder bewaard heb.  Tenslotte is het  een ultiem bewijs dat ik ooit met Willeke samen in een film gespeeld heb.

 

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

8 okt 2019 · 40 keer gelezen · 0 keer geliket