Buitenwaarts zit ’t raam potdicht
Wijd open staat het binnenwaarts
Poes volgt ze daar beneden
De slome slenterende, de rappe rennende passanten
Niemand kijkt naar haar op, niet één kijkt rond
Enkel de verwaande kater, die draait met zijn kont
inzending voor : Rijm op het raam