Hoe fier ben ik, dat ik het je, haast twintig jaar geleden, zelf heb mogen en durven vertellen. Het verhaaltje van mijn schoongrootmoeder.
Jij was te gast op de stand van een luxemerk op het autosalon te Brussel. Toen ik met een vriend langs de andere kant van het afscheidingstouw voorbij wandelde, zagen en begroetten wij je. Je was de eenvoud zelve en in plaats van op ons neer te kijken, zoals vele andere grootheden zouden doen, groette je hartelijk terug en wenkte ons. De securityman wist ook wie je was en liet ons tegen zijn zin op jouw wenken door.
Jouw warme handdruk, je eeuwige “smile”, het glas dat wij samen dronken – het is een herinnering om te blijven koesteren. En jouw muziek natuurlijk.
Toen vertelde ik je de “story” van mijn bejaarde “grand mother in law”. Zij keek maar naar één TV kanaal maar telkens ze je zag, vond ze er maar niks aan. Zo een oude man die op een speelgoedharmonica muziek maakte.
Je kon er hartelijk om lachen want je wist beter dan wie ook dat dit kleine instrument jou wereldberoemd had gemaakt.
Van dat beroemd zijn hield je niet en “you could not care less”, dat je geadeld werd lachtte je weg met “je suis le Baron des Marolles”. Of het de grootste muzikanten ter wereld waren of de ketjes uit jouw geliefde Brussel, het waren allemaal “copains” en “best friends”.
Vele bewonderaars zullen vandaag een traan wegpinken en denken aan een of andere attentie die ze van jou mochten ontvangen of simpelweg wegdromen bij de heerlijke muziek die je aan vele generaties hebt cadeau gedaan.
Merci, Toots, ge waart nen toffe pee en wij zaain gielegans geperturbeet en van os melk moar we zaage en hoerdege a zuuu geire !