Voor het slapengaan
lees ik een thriller.
Mijn slaapdosis:
twee bloedstollende bladzijden
met opgedroogde koffievlekken.
Als mijn ogen dichtvallen,
leg ik een boekenlegger
tussen de bladzijden.
Het boek moffel ik weg
onder mijn bed, als een lijk.
Ik knip het licht uit.
Ik huiver.
Ik val in slaap.
Ik slaap zoet.
Aan de hemel hangt de maan
als een vlijmscherp mes te schitteren.
Het fileert vandaag van morgen.