Je kamer, hier las ik je ooit dromen voor
over hamster Lola en de knuffelberg,
hier mepte ik de reuzespinnen middendoor
voor jou, slaap nu maar verder, ’t is niet erg.
Je kamer, lang je plekje tussen giechelen en stille smart
en Netflix, maar naar De Mol keek je met ons, je vroeg:
papa wie denk je, terwijl je net voordien nog hard
je deur haast uit haar hengsels sloeg.
Vandaag heb je die deur heel zacht gesloten
als een uitgelezen boek, en grijpend naar deel twee,
weg cocon, je vleugels zitten als gegoten.
Je wipt nog wel vaak aan, en eet spaghetti mee,
nog wat spullen halen, ‘n zestal iele poten
wachten in je kamer, een berg knuffels, je lacht gedwee.