Er is een vrouw die ik vermijd
een stippeltjes hond aan haar zij.
Wanneer ik haar zie verschijnen
vermom ik mij als eikenboom.
De vrouw die ik vermijd
loopt op velours zachte voeten.
Afgemeten overwogen is elke nieuwe stap.
Ze vertelt graag over haar volmaakte leven
in het huis met een te grote tuin.
Haar roze gekleurde taferelen
over haar kinderen, allemaal geslaagd.
Beschrijvend de perfecte saamhorigheid
en makend dat ik haar vermijd.
Mevrouw heeft gestudeerd en
heeft een verantwoordelijke baan.
Ze houdt van praten deze vrouw
vooral als ik me als boom gedraag.
De keurig afgewerkte patronen
van haar leven en van haar man.
Ja, zelfs van haar gevlekte onderdaan,
ongecastreerd met voortreffelijk gedrag.
Er is een vrouw die ik vermijd.
Of eigenlijk zijn het er twee.
Die ene met de stippeltjes hond en die,
die ik misschien had kunnen zijn.