‘Dus je hebt al vier vriendjes gemaakt?’ Moeder voorziet het laatste verhuisbericht van een postzegel.
Thijs knikt. ‘De kinderen zijn hier echt veel aardiger,’ rinkelt een heldenstem vanachter het stripboek.
Haar glimlach verbijt een traan. Zo anders dan zijn vader, denkt ze, terwijl ze over haar pijnlijke wang strijkt. Prompt kijkt hij op. Geschrokken wendt ze haar gezicht af.
‘We… eh… kunnen je kinderfeestje ook aankomende woensdag al vieren. Nodig je nieuwe vriendjes maar uit, dan bestel ik alvast een grote taart.’
Het stripboek kletst neer. Thijs’ hoofd kleurt. ‘Dat hoeft niet mam. Mijn vriendjes houden niet van taart.’